- By: mjjrinck_2c7n94i9
- Category: Houten vloeren, Vloeren
- 0 comment
In een huis moet geleefd kunnen worden. Hout leeft! Doorleefde oude planken staan prachtig in kastelen, kloosters en landhuizen. Dit romantische hout met een verleden is mateloos populair.
De vraag naar houten vloeren blijft een aanhoudende trend. De keuze is dan ook enorm; zowel qua soorten, kleuren als uitvoeringen. Kies bijvoorbeeld voor de roomwitte, gelige of lichtbruine tinten van eiken, esdoorn en beuken of de warme rood- en bruintinten van exotische houtsoorten als merbau, jatoba, afzelia en curupay. Qua uitstraling variëren de mogelijkheden van strak hedendaags design tot de optiek van een eeuwenoude kasteelvloer. En zo passen plankenvloeren dus in álle interieurstijlen.
Stoer die vloer
Kenmerkend voor een plankenvloer is het afwisselende patroon van verschillende lengtes en/of breedtes. De meest populaire houtsoorten zijn er bovendien vaak in verschillende selecties of sorteringen, uiteenlopend van planken met een zeer regelmatig en rustig beeld, tot delen met veel noesten en een uitgesproken nerftekening voor een meer rustiek beeld.
De zogenaamde geborstelde vloerdelen hebben ook een ‘puur natuur’-uitstraling. De planken hebben dan een bijzondere bewerking ondergaan, waarbij de zachte delen van het oppervlak zijn weggeborsteld. Daardoor is de houtnerf duidelijk zichtbaar én voelbaar. Ook apart zijn bewerkingen zoals (hand)schrapen of dwarse zaagsneden, die vooral het stoere karakter van de plank versterken.
Hout voor goud
Wie het milieu een warm hart toedraagt, let bij het kopen van een houten vloer op het FSC-keurmerk. FSC staat voor Forest Stewardship Council (Raad voor Goed Bosbeheer). De statutaire naam in Nederland is Stichting Goed Hout. Deze internationale, onafhankelijke organisatie zet zich – zonder winstbelang – in voor goed bosbeheer. Hiervoor zijn in samenwerking met diverse organisaties richtlijnen opgesteld. Om zeker te weten dat het hout uit een FSC-bos komt, wordt de hele handelsketen gecontroleerd; van bos tot eindproduct. Hout voorzien van het FSC-keurmerk komt dus gegarandeerd uit bossen die behouden blijven voor de toekomst!
Doorleefde kloostervloeren
Een nieuwe houten vloer, maar dan van oude planken. Steeds meer mensen kiezen bewust voor een houten vloer met een doorleefde uitstraling in de vorm van oude vloerdelen. Die zijn er in twee soorten: echt oud en oud gemaakt. Deze zijn afkomstig uit bijvoorbeeld oude treinwagons, huizen, kastelen of kloosters. Het verleden heeft duidelijk sporen achtergelaten in de vorm van butsen, krassen en spijkergaatjes. Wie die doorleefde uitstraling wel kan waarderen, maar tóch de voorkeur geeft aan nieuw, vindt een alternatief in de zogenoemde verouderde planken. Deze worden steeds vaker aangeboden en hebben sfeervolle collectienamen als kasteelvloer, abdijvloer of kloostervloer. Het betreft hier nieuw geproduceerde planken, die kunstmatig zijn voorzien van deuken en krassen. Vaak ondergaat het hout nog behandelingen waardoor het hout verkleurt. Een donkere bruintint (gerookt) of juist een lichte, gekalkte kleur draagt bij aan het ‘versleten’ uiterlijk.
Afwerking en onderhoud
Een plankenvloer kan qua kleur heel verschillend worden afgewerkt. Er is voor elk wat wils. Beitsen en oliën kunnen de houten vloerdelen bijzondere en warme tinten meegeven. Dat kan ook handig zijn als u bijvoorbeeld kersen een mooie kleur vindt, maar toch liever een hardere houtsoort zoals eiken op de vloer heeft. De liefhebber van naturel kan een blanke lak, beits, olie of was als afwerking gebruiken. Blanke olie, beits en dergelijke verdiepen de eigen tint van het hout en laten de tekening mooi uitkomen. Een mooie tint is natuurlijk belangrijk, maar de afwerking van planken dient natuurlijk vooral om de vloer te beschermen tegen vocht en vuil. (Lees hier meer over in het hoofdstuk ‘Hout in de praktijk’.)
Vast of zwevend leggen
Een plankenvloer kan vast of los (zwevend) op een ondervloer worden gelegd. Meestal valt de keuze op ‘zwevend’ leggen. De planken kunnen dan onderling worden verlijmd in de verbinding, of los tegen elkaar gelegd. De kopse uiteinden worden meestal wel verlijmd. Vooral bij zwevend leggen is het van belang om de zwel- of expansieruimte rondom de vloer in de gaten te houden. In verband met het uitzetten van het hout moet er enige afstand (minimaal 10 mm, bij grotere oppervlakten nog meer) tot de muren, maar ook rond verwarmingsbuizen vrij blijven.
- Volledig verlijmen en spijkeren op spaanplaat kan de werking van de vloer tegengaan.
Spijkers blijven uit het zicht als er schuin naar binnen wordt gespijkerd vanuit het mes van de mes-en-groef verbinding. - (Plak)plinten in dezelfde houtsoort als de vloer kunnen uitkomst bieden bij lastige stukjes.
- Let er bij oude plankenvloeren op dat de mes-en-groef verbinding niet teveel is beschadigd. Hierdoor zou devloer als geheel minder stevig kunnen worden.
Het probleem
Een plankenvloer bestaat uit massieve delen van pakweg 20 tot 24 mm dik. De breedte varieert grofweg van 7 tot 40 cm. Hoe breder de delen, hoe groter het gevaar van kromtrekken. Hout is een natuurproduct en blijft altijd werken onder invloed van wisselingen in temperatuur en met name de luchtvochtigheid. De vloer kan bij uitzetten gaan bollen; bij krimpen door droogte kunnen kieren tussen de planken ontstaan.
Oud & Nieuw
De trend van nu: Hoe ouder de houten vloer, hoe beter. Met speciale verouderingstechnieken past de vloer in elk interieur. Combineer dit wel met moderne of design meubels. Mix & Match!
De oplossing
Er zijn echter verschillende oplossingen tegen deze natuurlijke houtwerking. Zo zijn er verbindingssystemen met metalen clips aan de onderzijde, die de vloer bij elkaar trekken. Er zijn ook massieve delen met een klikverbinding, zoals we die kennen van bijvoorbeeld laminaat en lamelparket. Ook parketveren kunnen de werking van het hout opvangen. Deze stalen veren worden geplaatst in de expansieruimte rondom de vloer en duwen als het ware de planken tegen elkaar bij krimpen. Zetten de planken uit, dan vangen de veren de spanning op. Een andere oplossing is een klevende, elastische ondervloer die de planken bij elkaar houdt en ook nog eens geluidsreducerend werkt. Maar veruit de beste oplossing is om de temperatuur en vochtigheid in de woning redelijk constant te houden. Een hygrometer biedt uitkomst.
Geluidsreductie
Hout heeft een hard oppervlak en dat betekent dat geluiden in de ruimte worden weerkaatst. Zachte materialen zoals gordijnen, vloerkleden en meubelen in de kamer of boeken in de kast absorberen een deel van het geluid. Ook zacht ondervloermateriaal kan de klanken dempen. Van een heel andere orde is de geluidsoverlast die beneden- en zijburen kunnen ervaren. Dit is alleen al belangrijker, omdat daar een norm voor bestaat. De in Nederland geldende eis is dat bij vloeren in etagebouw het geluid dat doorklinkt naar de ondergelegen woonlaag met minimaal 10 dB wordt verminderd. De reductie-eis heeft geen wettelijke status, maar is algemeen aanvaard. Veel VVE’s (Vereniging van Eigenaren) stellen de vermindering volgens de norm verplicht. Let erop dat het geluidreducerende ondermateriaal voldoet aan de Nederlandse en Europese norm (NEN-EN-ISO 140/717-2 1997). Als het goed is wordt deze norm op alle producten vermeld.
Hoe hard is hout?
Zoveel houtsoorten, zoveel hardheden. Kersen is bijvoorbeeld harder dan berken, maar minder hard dan beuken, eiken of maple (Canadese esdoorn). Een vloer van berken of kersen zal dus eerder deuken en butsen oplopen. Als u zich dit van tevoren bedenkt hoeft dat geen probleem te zijn, maar kan het juist bijdragen aan de sfeer van een doorleefde plankenvloer.
Leave a Reply
You must be logged in to post a comment.